dinsdag 22 november 2011

Twee weekenden beach racen

Gepost door John Hagenaar op maandag 21 november 2011 10:33




Een verslag over muitje springen, zand happen en tanden knarsen.
Ik ben niet zo’n enorme liefhebber van het rijden over strand. Je rijdt met naar mijn idee een bandenspanning die belachelijk laag is, je fiets is na iedere rit rijp voor de schroothoop als je hem niet direct grondig schoonmaakt en je moet over veel macht in de benen bezitten. Zeker met die nieuw opgespoten stroken zuigend zand waar soms maar een berijdbaar paadje is van een halve meter breed. Maar toch, dingen als de hoogste, zwaarste en verste hebben een aantrekkingskracht op mij dus vol overtuiging ingeschreven voor de langste strandrace ter wereld, Hoek van Holland – Den Helder over ruim 130km. Van tevoren een paar keer op het strand gereden en tijdens een gezamenlijke rit met de Zwarte me laten voorzien van nuttige tips.
“Zorgen dat je zo ver mogelijk van voren komt te rijden in het eerste half uur van de rit want dat scheelt je veel kopwerk de rest van de dag”, was de tip die het beste was blijven hangen. "Vanuit de start direct knallen en zorgen dat je aansluiting vindt bij een groepje waarvan je het tempo goed kan volgen". Dit alles uiteraard zonder enige ambities want uitrijden leek mij al een hele kluif op zich. Bij de start had ik direct al niets meer aan de meest nuttige tip.
 
Het startschot klonk en mijn hagelnieuwe ketting sloeg bij de eerste trap direct keihard over het tandwiel heen. Bijna met mijn kin op het stuur en voor ik de juiste versnelling had gevonden was mijn beoogde treintje vertrokken. Bij de zandmotor bij Ter Heijde had ik toch alweer flink wat plaatsen weten goed te maken en kon ik met een groepje van 4 man kop over kop naar IJmuiden. Hier stopte tot mijn verbazing mijn medegezellen bij de verzorgingspost en was ik plots alleen. In de verte zag een groep van een man of 15 rijden en door er een flinke snok aan te geven kon ik de kloof dichten. Bij het oprijden van het strand bij Wijk aan Zee werd me meteen duidelijk waarom het me was gelukt om dat gat te dichten en vooral waarom het niet zo’n tactische zet was geweest van mezelf. Zij hadden het stuk over de sluizen benut om goed te eten, te drinken en enigszins te herstellen en ik had me door mijn tussensprint moeten beperken tot een paar slokken van mijn koolhydraten drankje. Op het strand viel het hele groepje uit elkaar en de opkomende kramp belette mij om met de snelste mee te kunnen. Tot aan de dijk bij Petten kon ik me aansluiten bij een trio die het blijkbaar best vonden dat ik af en toe een beurtje op kop moest overslaan maar aan het einde van de dijk was ik toch echt aan het einde van mijn latijn.


De matige oosten wind waarvan ik van tevoren had bedacht dat die gunstig zou zijn bleek in de praktijk constant schuin op de kop te staan. De laatste 20km solo waarbij ik slechts werd voorbij gestoken door een groepje van een man of acht en een paar kilometer voor het eind door de tweede dame in koers. Tja, de één rijdt om het uitrijden en de ander koerst voor een podiumplek. Na 5h52m bereikte ik helemaal naar de klote dan eindelijk de finish en bleek ik zowaar nog 95e te zijn geworden. Dat viel dus helemaal niet tegen zeker als je ziet dat sommigen er meer dan 9 uur over hadden gedaan en er bijna 250 uitvallers waren.
Met een dubbel gevoel naar de Rabo Beach Challenge in Scheveningen omdat deze zou starten als het bij lange na nog geen eb zou zijn. Dat bleek ook wel toen ik een uurtje voor het startschot een stukje langs de vloedlijn reed met de kanshebbers voor de podium plaatsen. Maar zoals veelwinnaar Gabrielle Rovers al zei, “ze zullen het allemaal zwaar hebben”. Vanuit een redelijk goede plek in het startvak met om me heen vele bekende gezichten, volle bak van de ene mui naar de andere. De fietsstrook was zo smal dat inhalen op sommige plekken alleen maar mogelijk was om door het wassende water te rijden. Net voor de Wassenaarse Slag zag ik enkele fietsers bijna kopje onder gaan met de fiets in een mui en besloot ik om lopend over te steken. Het water reikte tot boven mijn knieën maar het ging beduidend sneller dan fietsen. Ik belandde in een groepje met de eerste dame in koers. Het bleek dezelfde dame te zijn die mij een week eerder net voor Den Helder voorbij was gereden. Het stuk tussen Katwijk en Noordwijk was op zijn minst licht chaotisch te noemen. Op het stuk nabij het keerpunt kom je elkaar tegen en precies op dit stuk was er ook nog eens een viswedstrijd gaande. Maximale recreatie op de vierkante meter. Ik kon op een haar na een tegenligger ontwijken en heb bij minstens drie vissers de vouwen uit zijn broek gereden. Het stukje fietspad naar Katwijk werd afgeragd met ruim 40 km/uur en vanaf hier ging het weer over het strand terug naar Scheveningen. Drie kilometer voor het einde viel er vlak voor mij nog iemand in een mui die ik met mijn pedaal vol op zijn helm raakte. Gelukkig stond hij al weer overeind toen ik omkeek. Na 1h32m passeerde ik in gezelschap van de winnaar bij de dames de finish en werd ik als 67e geklasseerd in een startveld van 870.

1 opmerking:

  1. Hoi John met Cees (van Els). Goed gereden man! Leuk verslag van je! Laat van je horen als je in de regio weer eens koerst! Groetjes!!

    BeantwoordenVerwijderen